Muntcentrum: geen sloophamer, toch onder de lat
Bruxelles - Centre Monnaie & Administration Communale de Bruxelles, by Fred Romero is licensed under CC BY 2.0
BRAL reageerde op de bouwaanvraag voor het Muntcentrum. Het plan is om er onder andere 120 appartementen, een hotel met 316 kamers en publieke voorzieningen aan te leggen. Dit wil men doen door twee verdiepingen toe te voegen en de sokkel en het ondergrondse gedeelte aan te passen. De ontwikkelaar wil daarbij wel de huidige architecturale waarde respecteren. We zijn blij dat men vermijdt om het geheel te slopen en herop te bouwen – want daar komt heel wat CO2 bij vrij dat bijdraagt aan de klimaatopwarming. Toch is de ontwikkelingsstrategie hier onvoldoende. We geven mee hoe de Stad haar herkansing kan verdienen.
Buurtbewoners zijn belangrijk
De buurtbewoners zijn tot op heden niet bij betrokken bij het proces. Dit is een gemiste kans: zij beschikken over kostbare kennis over de kwaliteiten van deze plek als deel van het levendige stedelijke netwerk. Een diaoog aangaan met de buurt lijkt ons nog steeds nuttig.
BRAL vraagt dat de buurtbewoners betrokken worden, over hun kennis en ervaringen, maar ook hun bezorgdheden over de huidige overlast, tijdens de bouw en daarna. Die bezorgdheden moeten worden gehoord en er moet met buurtbewoners rekening worden gehouden – zeker wanneer dit bouwproject samenkomt met de vele andere projecten in het gebied (lawaai, leveringen, ...).
Lage prijzen om lokale dynamiek aan te moedigen
De stadsvlucht lijkt toe te nemen, waardoor het stadscentrum een verlaten en zielloos aanzien krijgt. Dit kan alleen worden tegengehouden door projecten die echt op de Brusselaars zijn gericht.
Bewoners met een bescheiden of mediaan inkomen hebben het tegenwoordig moeilijk om een woning te vinden. Een betaalbaar woningaanbod is dus noodzakelijk (zelfs denken we aan het inkomensplafond van sociale huisvesting als maatstaf, dat in de buurt ligt bij het inkomen van de helft van de Brusselaars). Er is ook een aanbod nodig van lokalen voor publieke activiteiten, waarin ook minder commerciële projecten kunnen ontstaan.
Concreet betekent dat voor ons: minimum 15% sociale woningen bij privéprojecten met meer dan 1.000m² woningen en 25% bij meer dan 10.000m² woningen. Dit project betreft 70.000m².
Waar zijn de stedenbouwkundige lasten?
De stedenbouwkundige lasten zijn een instrument dat door het Gewest is ingevoerd om de overlast van een dergelijk groot project te compenseren. Er is wel een belangrijk euvel: door de reconversie van oude bureaus naar woningen is dit instrument niet toepasbaar. Die regel moet aangepast worden worden als het gewest nog deze legislatuur 2.500 publieke woningen wil bouwen. Met daarbij uiteraard de nodige transparantie en controle.
BRAL dringt aan op een versterking van het systeem van stedenbouwkundige lasten, maar ook op een betere transparantie en controle.
Welke woningen?
Zonder terras of binnentuin is de huidige structuur niet erg interessant voor gezinnen. Niet alleen zijn de woningen nu te duur voor de meeste Brusselaars, de erg kleine woningen zullen ook een publiek aantrekken dat niet per se het meest verankerd is in de wijk en dat ook op langere termijn niet zal doen.
Het minste wat de stad zou kunnen doen, is een coherente visie opleggen voor de gehele voetgangerszone bij de verkoop, iets wat volgens ons vandaag ontbreekt.
Kalkbreite in Zurich kan dienen als voorbeeld om het anders aan te pakken. De site kwam tot stand in samenwerking met coöperatieve vennootschappen, de stad en het openbaarvervoersbedrijf en de buurtbewoners. Een groot aandeel ruimtes en voorzieningen is gedeeld (zoals de daktuin van 2.500m²) en er is moeite gedaan om alle profielen van de lokale bevolking een plaats te geven om een betere levenskwaliteit te berde te brengen. Post-covid lijkt ons dat de weg om te bewandelen.
BRAL vraagt dat er woningen komen voor mensen en gezinnen die lokaal verankerd zijn (betaalbare woningen, gezinswoningen, gemeenschapswoningen, …).
Tijdelijk gebruik voor sociale doeleinden
Leegstaande ruimtes kunnen tijdelijk gebruikt worden met het oog op de sociale stedelijke noden. Het is ook een uitstekende opstap om met lokale actoren om de toekomstige invulling van een gebouw voor te bereiden. De “woonboxen” van Samenlevingsopbouw en de KU Leuven zijn een voorbeeld van hoe mensen in precaire omstandigheden en activiteiten ten voordele van de buurt een tijdelijk maar toch stabiel en betaalbaar onderkomen kunnen vinden.
Stabiliteit op lange termijn van de mix "woningen-hotels-commercie-kantoren”
De lange houdbaarheid van de combinatie woningen-hotels-commercie-kantoren lijkt ons ook twijfelachtig. Dit is nog steeds geschoeid op de leest van grote privé-ontwikkelaars, en volgens ons beantwoordt het niet aan de noden van de lokale samenleving op vlak van woningen, ontspanning, werk en economie.
BRAL vraagt om samen met de Brusselaars na te denken over de toekomst op langere termijn, met projecten die beantwoorden aan reële behoeften: betaalbare huisvesting, werkgelegenheid en lokale economie, levenskwaliteit.
Het hotelaanbod
Gezien de huidige omstandigheden lijkt het hotelaanbod ons geen geloofwaardig antwoord op de economische noden of op de stadsvlucht: de inwoners vinden er hun plaats niet in terug. De hotelbarometer lijkt ons leerzaam in deze. Het toont dat de hotelsector vóór de crisis grotendeels leefde van overnachtingen voor zakenreizen, waarvan we betwijfelen of ze weer op dezelfde manier zullen worden hervat. Naast een aantal renovaties die aan de gang zijn, zijn er echter ook talrijke grote hotelprojecten met meer dan 100 kamers in ontwikkeling of reeds voltooid op verschillende plaatsen in de buurt: Gare Maritime bij Tour & Taxis, Tri Postal, Brouck'R, Rogier, ... Er worden ook kleinere hotels gepland en er wordt gevreesd voor een overaanbod.
We moeten vandaag programma kiezen waar we later geen spijt van krijgen. BRAL vraagt dat de toeristische ontwikkeling en hotelbouw in het stadscentrum beter in de hand wordt gehouden ten voordele van een reële economie en het lokale leven.
Mobiliteit
Ondanks de voetgangerszone blijft de NOx (stikstofoxiden) in de buurt te hoog. In september 2019 werden door het tijdelijk meetstation aan De Brouckère op 9 van de 13 dagen concentraties gemeten die de normen overschreden. De extra geplande parkings zullen nog meer wagens aantrekken – onlogisch als je de gewestelijke ambities kent voor de modal shift en de centrale ligging qua openbaar vervoer.
BRAL vraagt daarom:
- een openstelling van de bestaande parkings voor externe gebruikers
- parkeerruimte voor alternatieve vervoersmiddelen (gedeelde wagens, fietsparkings en dies meer).
- dat nagedacht wordt over de herverdeling van ondergrondse parkeerplaatsen.
Uitzoomen naar het stadsbeleid
De stad Brussel is een belangrijke grondeigenaar, ook deze site was in haar handen, samen met BPost. Het is dus spijtig dat ze - door deze site te verkopen, een belangrijke kans verspeelt om een actieve rol op te nemen in de stadsplanning.
Het minste wat de stad zou kunnen doen, is een coherente visie opleggen voor de gehele voetgangerszone bij de verkoop, iets wat volgens ons vandaag ontbreekt. Te veel projecten worden goedgekeurd (en zullen nog goedgekeurd worden) zonder zo’n visie.
Laten we dus even een stapje terugnemen, en even buiten het kader van dit openbaar onderzoek nadenken, ook om de gemaakte fouten niet te herhalen. Daarom vraagt BRAL aan de Stad Brussel om zonder uitstel samen met haar inwoners en werknemers, een langetermijnvisie te ontwikkelingen van de voetgangerszone en haar omgeving, een visie die rekening houdt met de werkelijke evoluties, behoeften en aanbod:
- voor huisvesting - betaalbaar, sociaal, en niet alleen luxe of korte termijn verblijf of hotels,
- voor winkels en handel
- voor kantoorgebouwen, met inbegrip van die welke zullen worden ontruimd,
- voor sociale functies,
- voor de openbare ruimte
- voor groene ruimten en de biodiversiteit
- voor de milieu-effecten,
- voor de mobiliteit
- voor het toerisme
- rekening houdend met het tempo van de bouw en de daarmee gepaard gaande overlast,
Een visie die vanaf het begin een duidelijk kader communiceert naar eigenaars of toekomstige eigenaars. Een visie waarin beter gebruik wordt gemaakt van bestaande openbare eigendommen om de vrijheid van handelen voor toekomstige generaties te behouden.
Marie Coûteaux