Interview Jolein Bergers

08/03/2022
Preview Dia2.PNG

Onze nieuwe collega Jolein zal Marie bijstaan bij het Super Terram-project. Ze verdiende al BRAL-strepen voor haar vrijwilligerswerk op de Josaphatsite. Nu zal ze burgers warm maken voor de grond van Schaarbeek Vorming. “Voor mij is het net als de Friche Josaphat een experimentele ruimte waar je de relatie tussen stad en natuur kan herdenken én mensen bij elkaar kan brengen rond het zorgen voor natuur.”

Onze nieuwe collega Jolein zal Marie bijstaan bij het Super Terram-project. Ze verdiende al BRAL-strepen voor haar vrijwilligerswerk op de Josaphatsite. Nu zal ze burgers warm maken voor de grond van Schaarbeek Vorming. “Voor mij is het net als de Friche Josaphat een experimentele ruimte waar je de relatie tussen stad en natuur kan herdenken én mensen bij elkaar kan brengen rond het zorgen voor natuur.”

Dag, Jolein, welkom bij BRAL!

Dag Maya, welkom op Schaarbeek Vorming!

Jolein, wat ga je doen bij BRAL?

Ik ga bij BRAL op het Super Terram-project werken, een co-create onderzoeksproject gefinancierd door Innoviris, in samenwerking met ULB en 51N4E. In dat project willen we samen met burgers de grond verkennen als levende materie, in al haar complexiteit.

Wat is jullie aanpak?

We willen grond op een affectievere, emotionelere manier benaderen, en hierbij onderzoeken wat de meervoudige betekenissen zijn van grond voor de verschillende Brusselaars. Vanuit de kennis die we daar opbouwen wensen we opnieuw de link te leggen met planners, administraties en beleidsmakers.

Mijn persoonlijke interesse heeft vooral te maken met de toegang en het recht op de grond die verschillende stedelijke actoren hebben. Wie beslist over wie of wat op deze grond mag ingrijpen? Wie mag deze grond beheren? Grondzaken hangen sterk samen met eigenaarschap en grondverzet (het verplaatsen van de grond) is momenteel veelal het voorrecht van heel specifieke bedrijven en actoren. Zelf hoop ik dat we een veel breder gamma van actoren opnieuw toegang tot (een hopelijk collectief beheerde) grond kunnen geven.
Voor BRAL is het belangrijk dat niet alleen overheden, administraties of experten bepalen wat er met die grond gebeurt, maar ook burgers.

Quel est ton lien avec Bruxelles ?

Je suis originaire d'Anvers et j'ai déménagé à Bruxelles en 2013 pour mon travail. J’ai travaillé à Bruxelles dans deux bureaux d’architecture et d’urbanisme. Puis, j’ai commencé mon doctorat en urbanisme et sur le sujet de Bruxelles.

Et tu recherchais quoi exactement ?

Je recherche l’intégration des perspectives plus-que-humains et multi-spécifique dans la planification urbaine. Pour cette recherche, j’ai contacté le BRAL, mais aussi d’autres associations de nature et de citoyens pour collaborer sur des autres dispositifs à Bruxelles.

Hoe ken je BRAL?

Ik heb BRAL leren kennen via mijn onderzoek op de Josaphat Friche. Ik had jullie vaagweg gecontacteerd omdat ik geïnteresseerd was in het in kaart brengen van een aantal gecontesteerde stedelijke ruigtes in Brussel vanuit een meer-dan-menselijk perspectief. Voor ik het wist was ik samen met BRAL en Natagora een alternatief plan aan het ontwikkelen voor de Josaphatsite. Ik heb aan het Plan B(ee) Josaphat een ontwerpscenario toegevoegd dat is opgebouwd rond het perspectief van een grijze zandbij.

Ik was ervan overtuigd dat we vanuit dit experiment konden beginnen nadenken over andere vormen van stadsontwikkeling waarin zowel mensen als dieren een plek krijgen, als het herdenken van mens-dier relaties wordt meegenomen.

We zijn jou heel dankbaar voor jouw werk aan het Plan B Josaphat! Je bent in 2013 naar Brussel gekomen. Is jouw relatie met Brussel ondertussen veranderd?

Ja, toch wel. In het begin was ik zoals iedereen die net naar Brussel verhuist, iemand die eerder passief aan de stad deelneemt en er gewoon in rond flaneert. Maar ondertussen voel ik mij meer en meer actief Brusselaar. Ik ben ook heel blij dat ik via mijn doctoraat over alternatieve visies op stadsontwikkeling in Brussel heb kunnen nadenken en ik ben nog gelukkiger dat ik deze oefening bij BRAL kan verder zetten.

Et quel est ton mode de transport préféré ?

J’aime beaucoup me promener. Pour moi, la marche n’est pas seulement un moyen de transport entre A et B, mais aussi la meilleure mode pour mieux comprendre la ville. J’aime beaucoup me promener avec des autres personnes, ou, même avec des non-humains. Par exemple, en promenant mon chien, je vois l'intensité du trafic au niveau de ses yeux.  En me promenant avec des naturalistes, je découvre soudain dans la ville des espèces animales et végétales dont j'ignorais l'existence. En me promenant avec les habitants, j'apprends quels sont les lieux importants et pourquoi ils doivent ou ne doivent pas changer.

Als jij Minister-President zou worden van ons Gewest, wat zou je dan als eerste aanpakken?

Ik zou luisteren naar de ongeveer 2000 verzonden bezwaarschriften die resulteren uit het openbaar onderzoek voor de herontwikkeling van de Josaphatsite, net als naar de andere opkomende stemmen rondom andere sites in het gewest waar er kritiek is vanuit de burger en natuurverenigingen op de ontwikkelingen die er gepland worden. Ik denk dat die sites de ultieme locaties zijn om op een andere manier over de stad en natuur na te denken, en een ander discours op stadsontwikkeling uit te bouwen. Een discours dat dichter aansluit bij de levende stad, een stad die niet alleen leefbaar is voor mensen, maar ook vele andere diersoorten.  Friche Josaphat, het moeras van Wiels, Donderberg, … dat zijn dé plekken waar je burgers opnieuw actief bij natuurontwikkeling kan betrekken, en waar je bijvoorbeeld educatieve en co-productieve experimenten kan opzetten waarbij een divers publiek betrokken kan worden.

Ik denk dat er vandaag onvoldoende aandacht is voor het potentieel van natuurherstel – één van dé uitdagingen van de 21ste eeuw - voor Brusselse jeugd. Sites van stedelijke natuur zijn niet alleen ruimtes waarin we kunnen spelen of recreëren, maar ook de ruimtes waarin we kunnen leren en nadenken over hoe we in de toekomst anders met natuur willen omgaan. Hoe we er collectief mee aan kunnen bouwen en ontwikkelen. De natuur in de stad wordt vandaag gezien als iets waar mensen geen actieve relatie mee kunnen onderhouden. Als we dat kunnen verschuiven, en jongeren en mensen met en zonder ervaring daar een rol in kunnen geven, dan kan dat mensen bij elkaar brengen.

We staan hier op Schaarbeek Vorming en je hebt daarvoor gewerkt op Josaphat. Wat zijn de gelijkenissen en de verschillen tussen de twee?

De sites zijn gelijkaardig, het zijn voormalige spoorwegterreinen, dus er zijn zeker parallellen wat betreft de ecologie. Maar er zijn ook zeker grote verschillen. In het geval van Josaphat is er heel grote burgerbetrokkenheid. Mensen kijken er echt naar en vinden het belangrijk wat ermee gaat gebeuren in de toekomst. Met Schaarbeek Vorming is die relatie iets minder aanwezig, maar toch blijft dit een heel belangrijke plek, want de schaal ervan is enorm. Bij Josaphat staat er 24 hectare op het spel. Schaarbeek Vorming is dubbel zo groot, als het niet drie keer zo groot is. Op gewestelijk niveau is Schaarbeek Vorming dus echt wel een sleutelstuk. Lees het verslag van de eerste BRAL-verkenning van Schaarbeek Vorming.

We hopen dus met Super Terram, ons nieuw project op en rond Schaarbeek Vorming, de burger te betrekken en te tonen wat er op het spel staat. Wees erbij op de lancering ‘A (w)hole new world’ op 12 maart! We zullen letterlijk een schup in de grond steken, het belooft dus een gezellige, verrassende en boeiende ervaring te worden!

Lees ook