Artikels

Thema

Wat zijn commons? Stel de vraag en je ziet bij de ene de ogen blinken, de andere onder tafel wegduiken uit schrik voor conceptuele verstrikking en bij nog iemand anders lees je vooral een vraagteken. Nochtans hoeft het niet zo moeilijk te zijn: het gaat vooral om mensen die zorgen voor mensen en voor hun leefwereld op een ongedwongen, onbaatzuchtige en toch georganiseerde manier.[1] Met het project Commoning Europe gingen BRAL en haar partners op ontdekking langsheen commons-projecten in Europa om de gemeenschappelijke, rode draad op te pikken en samen een gemeenschappelijke taal te borduren. Na Italië was Roemenië aan de beurt.

De commons als helend concept voor de Roemeense cultuur?

Het tweede bezoek van Commoning Europe bracht Joppe, Hanne en Rien naar Făgăraș, een stad in het midden van Roemenië. De inwoners van Roemenië gingen tussen de Tweede Wereldoorlog en 1989 gebukt onder een communistisch regime. De overheid en burgers vertrouwden elkaar niet, burgers kenden enkel veiligheid, comfort en vrijheid in de private sfeer (en dan nog). Alles wat publiek was, werd gecontroleerd en onderdrukt. De burgers hadden geen zeggenschap over hun omgeving en voelden dus ook weinig affiniteit met de publieke ruimte.

Die vertrouwensbreuk zindert na in Roemeense gemeenschappen. Het totalitaire regime liet littekens achter op de algemene leefbaarheid voor individuen op de publieke sfeer. Je kan het nog steeds zien aan de opgetrokken sobere woonblokken, de zwakke publieke infrastructuur, de kwaliteit van de publieke ruimte, en vooral het gebruik van de publieke ruimte. Het is voor burgers nu nog geen evidentie om zelf actie te ondernemen in de publieke ruimte. 

De gemeente Făgăraș zoekt zelf naar manieren om de vertrouwensband tussen burgers en overheid herop te bouwen. Inspraak in de inrichting van de publieke ruimte is hier een deel van. Stefan Cibian van het Făgăraș Research Institute ziet potentieel in de commons om het gedeeld gebruik van de publieke ruimte in Făgăraș en Roemenië te stimuleren, in zijn opinie cruciaal om het collectief trauma te boven te komen.

Een eerste stap is alvast het burgerbudget georganiseerd door de gemeente waarbij inwoners ideeën kunnen voorstellen. Je kan hier de video van Participatory Budgeting bekijken. De voorstellen met de meeste stemmen kregen groen licht, budget en werden door de gemeentelijke administratie gerealiseerd. Vol trots toonden ze verschillende realisaties, waaronder verkeerslichten, en getuigden ze over het realisatieproces dat de nodige uitdaging met zich meebrengt.

Een eerst stap is het zeker, al voelt deze voor de Belgische commoners tegelijk ook magertjes aan. Kunnen burgers dan niet zelf instaan voor de realisatie van hun gewenste projecten? We zagen bijvoorbeeld burgers die samen de handen uit de mouwen staken om ruimtes te activeren zoals de oeverbank van de lokale rivier Olt of de gedeeld publiek-civiele renovatie van de synagoge tot een gemeenschapscentrum. Een rotsvast geloof in de verantwoordelijkheidszin van haar burgers zagen we nog niet. Maar ook in onze context blijft dat geen evidentie... 

Het plaatsen van een verkeerslicht om de oversteek naar de school veiliger te maken, het plaatsen van fietsenstallingen... we mogen dankbaar zijn dat dit ons geen grote ogen doet trekken. Wel verbazend is de toewijding en het enthousiasme waarmee deze gemeente investeert in het opbouwen van een vertrouwensrelatie met haar burgers.  Het versterken en hernieuwen van de vertrouwensband tussen de overheid en haar burgers door middel van deze vorm van beleidsparticipatie kan een voedingsbodem vormen voor meer initiatieven vanuit burgers.

Common hubs

Een voorbeeld van een initiatief dat gedragen wordt door burgers is het creëren van Common Hubs in Roemenië. Dit is een initiatief van het Făgăraș Research Institute. Dit interdisciplinair netwerk van onderzoekers belichaamt en ondersteunt educatieve projecten waarbinnen kennis wordt gedeeld. Hier voelen we al meer commons potentieel zoals wij het graag zien.

In een partnerschap met verschillende organisaties organiseren ze projecten die plaatsgebonden zijn. Stephan ziet daarbij een sleutelrol voor het ruimtelijke aspect.  Het communistisch verleden heeft de leefbaarheid van publieke ruimte sterk beïnvloed en als gevolg daarvan ook de mentale gezondheid van lokale gemeenschappen. In de Common Hubs kunnen burgers, organisaties en verenigingen kennis en het verleden delen, en tegelijkertijd co-creatief nadenken over een gezamenlijke toekomst. Op die manier worden de ruimtes commons en een verbindende factor in de zoektocht naar hun collectieve identiteit, die het totalitair regime gedeeltelijk heeft uitgewist.  

Collectieve identiteit collectief reconstrueren

Naast het Făgăraș Research Institute kregen tijdens de uitwisseling diverse andere projecten het label van ‘commoning-praktijk’. Al deze praktijken, die we hierna zullen bespreken, hebben één ding gemeen: de aandacht voor cultuur, erfgoed en een gedeeld (moeilijk) verleden.  

In Sona, een klein dorpje net buiten Făgăraș, werken de lokale burgers aan een project dat de oorspronkelijke traditionele woningen en gebouwen in hun dorp in ere probeert te herstellen. De breuk met het communistische verleden heeft vandaag net de burgers rond de tafel gebracht om hun collectieve, culturele identiteit stelselmatig weer vorm te geven. Dat doen ze onder andere door de huizen zoals vroeger opnieuw blauw te schilderen, daken te renoveren en (foto)tentoonstellingen op te zetten. Șona Noastră maakt van cultuur opnieuw een common, gedeeld en beheerd door de gemeenschap. Door erfgoed, tradities en verhalen uit de geschiedenis reconstrueren ze hun collectieve identiteit, waarbij letterlijk elk puzzelstukje van belang is.

Dit initiatief startte niet vanuit het lokale bestuur maar vanuit de burgers zelf. De gemeenschap werkt samen met middenveldorganisaties om hun projecten te financieren en te realiseren. Die bottom-up-werking sensibiliseert de inwoners en draagt tegelijkertijd bij aan de verbondenheid en kennisoverdracht tussen verschillende betrokken personen, organisaties en de ruimere gemeenschap. 

Zoeken naar een collectieve identiteit sluit ook aan bij het project van Mandra Chic. Ze stellen zichzelf kort voor in deze video. Deze organisatie wil de traditionele lokale cultuur en ambachtelijke kennis uit verleden in beeld brengen door een reconstructie van de Roemeense cultuur af te spiegelen en deze vervolgens ook wil beschermen en in stand houden. Ze verweven traditionele symbolen tot ambachtelijk hedendaags maat-en naaiwerk en bouwen een klein museum. We mochten zelf aan de slag met naald en draad om enkele symbolen te borduren. Ze delen het lokale erfgoed in de vorm van symbolen, verhalen en ambachtelijke kennis en vaardigheden via het museum, via workshops en via hun producten met ons en met de bredere Roemeense gemeenschap. Op die manier is ook dit initiatief een vorm van culturele commoning.

Toch is en blijft Mandra Chic een privé-onderneming die winst moet maken om zijn duurzaam werk te kunnen blijven garanderen. We voelen hier een spanningsveld ontstaan tussen het delen en beschermen van het cultureel erfgoed en het ‘vermarkten’ ervan net om het voortbestaan ervan te garanderen en je eigen brood te verdienen. Hoe kunnen commoning-praktijken opschalen en verduurzamen zonder het gemeengoed, in dit geval cultureel erfgoed, te privatiseren? Kan gemeengoed een kleine gemeenschap en tegelijk het algemeen belang dienen?  

Dat brengt ons bij het generatieve aspect van de commons. Het generatieve betekent dat je de common duurzaam kan hergebruiken of reproduceren zonder het voortbestaan ervan in gevaar te brengen. Men gebruikt de hulpbron collectief én solidair, op een ecologische en juridisch verantwoorde manier. Dit wil zeggen dat er noch overconsumptie noch een onomkeerbare uitputting van dit goed mag zijn. Een risico is bijvoorbeeld het spanningsveld tussen toerisme-natuur en toerisme-stad. Hoe zorgen we dat de commons open blijven, maar toch niet blootgesteld worden aan een mensenmassa? Kunnen we de charmante aspecten van deze commons bewaren en tegelijkertijd toegang verlenen tot mensen?

Făgăraș Rocks is een burgerinitiatief dat mensen wil leren omgaan met natuurbeleving om op die manier te waken over het generatieve aspect van de commons. Ze delen bijvoorbeeld waarschuwingen en tips voor confrontaties met beren of weetjes over eetbare planten. Ze sensibiliseren wandelaars en gebruikers om zorg te dragen voor de natuurkwaliteiten om zo het behoud ervan te kunnen garanderen. Deze kennis over de natuur en de natuur zelf vormen hier het gemeengoed. Op die manier vormt het project een interessant tegenbeweging: het gaat om de heropening van of de ‘disclosure’[2] van de commons.

Făgăraș Rocks wil natuur in geprivatiseerd land helpen beschermen, onderhouden en vervolgens ook duurzaam openstellen voor bezoekers, mensen en de gemeenschap. De initiatiefnemers van het project hebben het voor elkaar heeft gekregen om privéterrein, waar eeuwenoude herderspaden over lopen, te openen voor publiek gebruik, wandelingen en wedstrijden. Het beheer gebeurt door de organisatie Făgăraș Rocks, een netwerk van vrijwillige sporters die sport combineren met beheer van deze bergpaden en de natuur. Ze zorgen er tegelijkertijd voor dat de paden, de bergen en de natuur (opnieuw) als een gedeeld goed worden gezien.[3]

De toekomst van de commons in Făgăraș

De Roemeense bureaucratie is er eentje om U tegen te zeggen. De gemeente van Făgăraș heeft gelukkig bekwame mensen in dienst die én de regels kennen én zin hebben voor en in initiatief van burgers. Binnen de lijntjes proberen zij dan ook kleur aan hun gemeenschap te geven. We wensen hen daar veel succes mee. We geloven dat zij pionierswerk verrichten in het terugbrengen van vertrouwen van burgers in de overheid én wie weet ook met het kleuren buiten de lijntjes.

[1] Ok, je kan het ook gedetailleerder maken. Interessant is bijvoorbeeld het voorwoord uit onze publicatie Fabriquer la ville.

[2] Doorheen de geschiedenis zien we veel vaker het omgekeerde: gemene gronden werden geprivatiseerd en afgesloten oftewel ‘Enclosure of the commons’. Daarom spreken we van een ‘disclosure’ of ‘heropening’. De Cauter, L. (2021). Ending the Anthropocene: Essays on Activism in the Age of Collapse, in het hoofdstuk “Dis-closure of the Commons (Proposals for a New Concept)”, p84- 90., nai010 publishers, Rotterdam. Lees ook https://www.dewereldmorgen.be/community/dis-closures-of-the-commons-pro…

[3] In België kennen we een gelijkaardig fenomeen, waar zo een tegenbeweging opgetrokken kan worden, de Trage Wegen. Deze paden zijn een vorm van een gemeengoed dat door overbevolking en land toe-eigening op punt staat van verdwijning. De tegenbeweging kan hier dus ook gelanceerd worden met de juiste bescherming en ondersteuning vanuit gemeentes en overheden.  

 

De Algemene Vergadering (AV) is het overlegorgaan van de vereniging. Het komt twee keer per jaar bijeen door een oproep van de raad van bestuur (RvB): een gewone (verplichte) vergadering in maart en een buitengewone vergadering in november. De leden ervan zijn toegewijde vrijwilligers die door de rest van de vergadering worden gekozen.
De laatste AV van Pro Velo werd gehouden op donderdag 24 november 2022, waar vooral werd gesproken over de begrotingen van de vereniging.

Jasmina Fiasse van Pro Velo: “De reden dat we je dit vertellen, is omdat we (intern en extern) nieuwe leden willen werven voor onze AV, uit de meest uiteenlopende profielen, om de expertise en standpunten te diversifiëren.”

Aarzel dus niet om je kandidaat te stellen en/of je vrienden en familie te overtuigen! Want lid zijn van de AV bij Pro Velo betekent:

  • deelnemen aan het reilen en zeilen van een vzw die zinvol is, met een sterke betrokkenheid bij het milieu;
  • bijdragen aan de levenskwaliteit in je stad. Door in te zetten op de fiets help je steden te ontlasten en aangenamer te maken;
  • op de hoogte blijven van het laatste nieuws van de vzw dankzij een speciale nieuwsbrief voor de leden van de AV;
  • deel uitmaken van een gemeenschap en mensen leren kennen die hun de waarden delen (verenigingsleven en ecologisch).

Je wilt je kandidaat stellen? Stuur gewoon een mailtje naar ca@provelo.org en leg uit waarom je lid wil worden!

Pro Velo is lid van de Algemene Vergadering van BRAL.

Afbeelding 1: NMBS, Les visites de mon voisin

Om even op te frissen: het RPA Zuid zou ervoor zorgen dat grote grondeigenaars, uit de privé- of semipublieke sector, een heleboel stedenbouwkundige regels naast zich neer kunnen leggen en gigantische projecten kunnen ontwikkelen die de buurtbewoners van het Zuidstation allesbehalve ten goede komen.

Het RPA Zuid is nog steeds in de maak en moest een kader bieden voor het NMBS-project in het vroegere Postsorteercentrum : een gebouw van 60 m hoog en 236 m lang! Maar de NMBS heeft niet gewacht op het RPA Zuid en al een stedenbouwkundige vergunning aangevraagd. Op 1 augustus, midden in het zomerreces, is de vergunning afgeleverd. Lees ook het artikel in BRUZZ.

Buurbewoners verzamelden zich in Midi moins une!, een wijkcomité dat sterk gekant is tegen het project. Ze stelden reeds een alternatief voor dat rekening houdt met de buurt. Lees het pleidooi en bekijk het debat van 28.07.2022 (in het Frans).

De nieuwe NMBS-zetel in het Postsorteercentrum is buiten alle proporties. Daarbovenop opent het de deur naar een gigantische vastgoedoperatie van verschillende blokken in de wijk die in handen komen van privéspeculanten. Daarom tekenen Midi moins une!, BRAL, Centre de Rénovation Urbain en Inter-Environnement Bruxelles een beroep aan bij de Raad van State, bijgestaan door een advocaat. Deze procedure kost natuurlijk geld.

Doe een gift

Midi moins une! lanceert een oproep om geld in te zamelen om het beroep te kunnen betalen. BRAL deelt mee hun oproep:

  • Er werd een bankrekening geopend om giften in te zamelen die enkel en alleen zullen dienen om de advocaat te betalen.
  • Stort een bedrag dat je zelf kiest, in functie van je middelen; zelfs een klein bedrag helpt
  • Stuur deze oproep naar andere buurtbewoners van de Zuidwijk, in Anderlecht, Sint-Gillis en Brussel en naar alle sympathisanten.

Kortom, wil je een Zuidwijk op maat van de buurtbewoners of van vastgoedspeculanten? Doe een gift:

  • via overschrijving op rekeningnummer Mareels-Feyder, BE64 9734 3835 4552 met als mededeling “recours PU SNCB”
  • of via de QR-code met je bankapp of met Payconiq (zie afbeelding 2)

Als je wil aansluiten bij Midi moins une !, stuur dan een mail naar midimoinsune [at] lists.bruxxel.org.

Alle hokjes zijn artificieel maar om u -  de lezer – toch enige houvast te geven, delen we ons jaarverslag in drie blokken: Milieu & mobiliteit, Planning & stedenbouw en Commoning. Maar laat ons een kat een kat noemen: 2021 was het jaar van CurieuzenAir. Luchtkwaliteit was nimmer zo hot en duizenden mensen stonden te springen om de luchtkwaliteit in hun straat te meten. BRAL lag aan de basis van dit project. Het bleek een echte gamechanger te zijn en daar zijn we fier op. Hopelijk volgen in 2022 de concrete acties om nieuwe stappen te zetten in de verbetering van de luchtkwaliteit – en dus de gezondheid – van àlle Brusselaars.

Ook het meest mediagenieke braakland van het land, de friche Josaphat, was prominent aanwezig in 2021. Het Manifesto Plan B Josaphat was een warme oproep tot een creatievere planning met meer aandacht voor biodiversiteit en klimaatrobuustheid. Een echte beslissing blijft nog uit maar we blijven positief: de aandacht voor het thema was nimmer zo groot in planningsmiddens.

De realiteit heeft echter al eens de neiging te blijven steken in het verleden. Wat voor de hand lijkt te liggen, botst al eens op een weerspannige werkelijkheid.  Ons werk is dus nooit af. Daarom: dankjewel aan al onze leden en sympathisanten om samen met ons die stenen te blijven verleggen en de toekomst van onze stad mee vorm te geven.

Jullie toegenegen voorzitter,

Tom Lootens
 

Van 14 tot en met 18 november 2022 kwamen de Europese delegaties van het Erasmus+-project Commoning Europe naar Nederland. Het vormde de derde Joint Staff Training Event (JSTE) van dit project. De eerdere JSTE’s waren in april in Italië en in september in Roemenië. Onderwerp van deze training: ‘Commons management in Nederland: hoe activeer je een open dialoog met actieve burgers?’. Hanne schreef een dagboek van de trip voor organisator Open Up! Haar medereizigers voor deze editie waren Verena van de Community Landtrust Brussels en een van de burgers achter Commons Josaphat, en Julie van Super Imaginaire, onderzoeksplatform voor de toekomst.

Meer en meer steden en gemeenten zoeken naar manieren om commons-initiatieven te ondersteunen. Maar de commons, dat kan best veel zijn. Om een beter idee te krijgen van hoe commons-initiatieven nu juist in hun werk gaan en wat deze kunnen betekenen, zorgen verschillende Europese organisaties voor uitwisseling: enter Commoning Europe. Deelnemers van Ankara (Turkije), Brussel (België), Campi Bisenzio (Italië), Făgăraș (Roemenië) en Hilversum (Nederland) komen een week samen in Nederland om er verschillende commons-initiatieven te bezoeken.

Dag 1 - 14 november 2022

Op dag 1 worden twee wijkcentra gepresenteerd. De Geus toont aan hoe buurtbewoners zelf het heft in handen kunnen nemen. Toen hun geliefd wijkcentrum dreigde te verdwijnen – de lokale overheid wilde er niet meer in investeren – riepen deze bewoners the right to challenge in. Resultaat: geen verkoop van het pand waarin het buurtcentrum huist. Al zijn het nu wel de buurtbewoners die de verantwoordelijkheid dragen om het wijkcentrum draaiende te houden. Met 36 enthousiastelingen en steun vanuit de buurt - bijvoorbeeld in de vorm van gratis oliebollen - is er voldoende om de rekeningen te betalen. De overheid beperkt zich tot het aanbieden van een voordelig huurtarief. Alles samen maakt dit dat het wijkcentrum vandaag nog steeds betaalbare activiteiten kan aanbieden voor jong en oud.

Bij Vonk in de wijk is het een wooncoöperatie die haar terrein en pand graag wou activeren in afwachting van de geplande ontwikkeling van woningen. In deze precaire tussentijd werd het voormalige Phillips-pand een kweekvijver voor duurzame initiatieven. En dit kan inderdaad vele kanten uit: een veganistische eetplek, plaats voor tiny houses, betaalbare coworking plaatsen voor start-ups met een duurzame kant, een vintage shop, atelierruimte, tot zelfs de bouw van een vliegtuig dat op elektriciteit de lucht moet in kunnen. Vonk fungeert als plek waar je in een fysieke ruimte kan voelen en ruiken wat duurzaamheid kan inhouden. Ook hier laat het wegvallen van al te dure huurprijzen toe om plaats te bieden aan een betaalbaar verhaal.

Inspirerende start alvast. We zijn benieuwd hoe deze verhalen zich op lange termijn kunnen doorzetten.

Wij nemen mee dat er heel veel moois bloeit wanneer initiatieven de - betaalbare - plaats krijgen om te broeien.

Dag 2 - 15 november 2022

Dag 2 van de Nederlandse commons exploratie. De internationale Commoning Europe groep trekt vandaag naar Amsterdam. We starten er bij de Meevaart. Als ankerplek voor de wijk vormt dit gebouw een broedplaats waar gratis/betaalbare activiteiten een plek krijgen. Zolang het een meerwaarde vormt voor de buurt en haar bewoners. Gesubsidieerd door de lokale overheid, wordt ook dit centrum voornamelijk gerund door vrijwilligers met ondersteuning van een aantal betaalde krachten.

Het bepalen van de visie en het nemen van beslissingen gebeuren via het sociocratie-model. Zo kan iedereen van de wel 1000+ betrokkenen -in principe- gemakkelijk deelnemen en inspraak vinden. In de Meevaart wordt er geïnvesteerd in de kwaliteit van beslissingen. “We only move as fast as the slowest person.” Het uitwerken van de organisatiestructuur was een jarenlang en chaotisch proces maar de vruchten ervan vertalen zich in het succesvol toelaten van wel 200 organisaties om er hun plek te vinden. En hoewel de nood aan een betaalbare, georganiseerde wijkplek nog niet gedekt is, kiest de Meevaart er nu bewust voor om ook anderen de ruimte te laten hier op hun manier verder aan te werken.

Verder in Amsterdam komt Combiwel aan bod. Gesubsidieerd door de overheid is deze brede jongerenwerking een publieke dienstverlening. Misschien geen commons-initiatief dan? Al blijkt snel dat de manier waarop het lokale Combiwel-team inzet op de kracht van jongeren anders doet vermoeden.

Het zijn de jongeren zelf en hun potentieel die hier de commons “resource” betekenen. Door de jongeren zelf hun verantwoordelijkheid te laten nemen - ze moeten zelf het financieel plan en de organisatie van hun gewenste activiteiten bolwerken - bouwen ze eigenaarschap op. “We feel taken seriously here,” blijkt uit de mond van de jongeren de clue te zijn van wat erin slaagt om hun hartverwarmend engagement te winnen. Het internationale Commoning Europe-team werd daarna vakkundig onder tafel gedebatteerd door de desbetreffende jongeren.

Dag 3 - 16 november 2022

Woensdag en halverwege de Commoning Europe-training. Met een presentatie van Commons Network is er geen ontsnappen aan. Als “collaboratory” (een samentrekking van collaboration en laboratory) zet deze non-profit in op het vertalen van het commons-concept naar concrete actie. Maar vergis je niet, aan theoretische onderlegging ontbreekt het er niet. De commons omvatten in hun definitie drie sleutelelementen: de gedeelde resource (hulpbron), een gemeenschap en duidelijke regels.

“In a city, there is never a pure common.” De essentie zit hem uiteindelijk in het onderliggende politiseren van commons-initiatieven. – Commons Network, Nederland

Laat je echter niet misleiden want in de praktijk is het een stuk genuanceerder: “In a city, there is never a pure common.” De essentie zit hem uiteindelijk in het onderliggende politiseren van commons-initiatieven. Het is een manier om ons denken te verbreden voorbij de publiek-privaat tweedeling. Het transitiegericht werken van ons huidige economisch systeem wordt kritisch bekeken.

Het gaat om het in contact staan in relatie tot elkaar. En dat mogen we aan den lijve ondervinden tijdens een oefening waarbij we onze eigen utopische commons-stad uittekenen. Terwijl wij zelf nog verder nabroebelen van de ideeën, kijken we uit naar de commons incubator die Commons Network wil opstarten in Amsterdam.

Hierna is het de beurt aan Open Up!. Als Commoning Europe-team worden we verrast door de veelzijdige impact die schuilgaat achter de kunst van het debatteren. Sara en Yvonne leggen ons met passie uit hoe Open Up! erin slaagt jongeren -letterlijk- mondiger te maken. Naast concrete tips & tricks leren we over de fundamentele rechten van het kind om gehoord te worden: “Let youth be heard!” Verbale weerbaarheid, verbinding & vertrouwen, en engagement zijn hier de sleutelwoorden. Jongeren - vooral zij die extra uitdagingen moeten overwinnen - leren er hun stem te vinden, verschillende standpunten in te nemen en oplossingen voor te stellen. De commoners van morgen leren vandaag hun weg te vinden in onze huidige democratie.

Dat we zelf onze debate skills kunnen bijschaven, mochten we gisteren al ondervinden (zie dag 2). Aan de slag dus! Aan de hand van een concrete workshop leren we als internationaal team in actie hoe debat onderbouwd wordt door verbinding, concentratie, uitwisseling, gelijkheid en meer. En blijkt dat allemaal ook nog eens erg plezant te zijn!

Dag 4 - 17 november 2022

Op dag 4 van de Commoning Europe training genieten we van drie verrijkende presentaties. Als eerste leren we over Hilversum100, een netwerk van lokale burgerinitiatieven die elk op hun manier inzetten op een duurzaam verhaal. Inwoners van Hilversum die actief zijn in verschillende domeinen zoals duurzaam omgaan met natuur, eten, circulariteit en mobiliteit, verbinden met elkaar via dit overkoepelend initiatief. Zo staan ze sterk om samen in gesprek te gaan met de lokale overheid. Samenkomen en in relatie tot elkaar staan, is hier de kern van het verhaal. Een thema dat we gisteren al zagen opborrelen en dat later deze dag nog zal terugkomen.

De tweede presentatie vertelt het verhaal van de KNHM stichting (Koninklijke Nederlandse Heide Maatschappij). We leren hoe winst die in de private markt gemaakt wordt - hier bij Arcadis - terug kan vloeien naar gemeenschapsinitiatieven. Nog interessanter dan het financiële verhaal is om te horen hoe de werknemers - voornamelijk ingenieurs - ondersteund worden om zich als deels vergoede vrijwilliger in te zetten om sociale burgerinitiatieven te helpen met hun expertise. Het belang van dat relationele dus.

“Het leven vindt haar betekenis in de relaties die we met elkaar aangaan.”– Arjo Klamer

Als kers op de taart presenteert academicus en economist Arjo Klamer. Als een ware verhalenverteller neemt hij ons mee in de meer complexe ideeën om en rond de commons. In de kern gaat het om “sense-making”. Het leven vindt haar betekenis in de relaties die we met elkaar aangaan - ook hier de clue van het verhaal. Dit is de ruggengraat van onze samenleving.

Al worden wij mensen binnen de private markt, en alsmaar meer ook bij de publieke overheid, gezien als individuen die losstaan van elkaar. In deze logica worden mensen klanten en denken we in transacties. De commons, maar vooral de praktijk ervan – commoning - is hierbij zowel de kern als het antigif. Mensen aanwakkeren om elk vanuit hun eigen mogelijkheden bij te dragen, zonder expliciete tegencompensatie… het is een ware uitdaging. En tegelijk is dit relationele de essentie.

We nemen mee dat je marktgerichte praktijken kan onderscheiden van commons-praktijken en dat fundamentele relationele, doordat het eerste focust op kwantiteit, de laatste verkiest kwaliteit. Dat de commons, en meer precies de praktijk van commoning, toelaat om meer kwaliteit te vinden, voelden we allemaal inherent wel al aan. Het komt naar boven in de gepassioneerde verhalen die we deze week hoorden, de kracht die de jongeren uitstraalden, de warme die we voelden in de plekken die we bezochten. Dat relationele dus, zoals Arjo het zo vinnig uitlegde, dat overal al aanwezig is en waarvoor we vaak zelfs geen “dank u” voor verwachten.

We sloten deze dag en de training af met een fijn concert, een lekkere gedeelde maaltijd en met een Afrikaans-geïnspireerd moment van dans en zang. Zo konden we zelf dat relationele nog even tot in onze kern doorvoelen.

Hanne van Reusel – osmosnetwork.com/hanne-van-reusel Je kan dit artikel van Hanne ook lezen op de website van Open Up!, organisator van deze JSTE.

Het Lucht-, Klimaat-, Energieplan van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest verhoogt de ambitie om de broeikasgasuitstoot met 47% te verminderen tegen 2030 in plaats van de huidige 40%.  Het doel van het plan is de onafhankelijkheid van het Gewest van fossiele brandstoffen, de verbetering van de luchtkwaliteit maar ze zet ook in op de adaptatie die nodig zal zijn in het licht van de klimaatverandering. In het kort wil het Gewest koolstofneutraliteit tegen 2050 in alle beleidsdomeinen, of het nu gaat over economie, stedenbouw, mobiliteit, wonen, voeding, het digitale of afvalverwerking. Het Gewest treft in het plan begeleidende maatregelen voor de transitie en voor de energie-betaalbaarheid.

Goede ambities, nog te concretiseren

Om te beginnen met het goede nieuws: het is lovenswaardig dat de regering de ambities verscherpt, zoals de nieuwe WHO-richtwaarden voor luchtkwaliteit tegen 2035 en koolstofneutraal tegen 2050. Maar het voorstel voor het plan dat nu op tafel ligt, is voor BRAL niet concreet genoeg. Het blijft vaak vaag en open. De te nemen acties moeten duidelijker geformuleerd worden om impact te hebben. Zo is er juridische afdwingbaarheid nodig om de waarden voor de luchtkwaliteit te bereiken.

Er moeten ook duidelijkere tijdspaden en tussenliggende doelstellingen in. Veel van de vooropgestelde data liggen buiten het tijdsframe van het plan (2023-2027). Dat is op zich geen probleem. Sommige van deze doelen zijn inderdaad niet haalbaar binnen het tijdsbestek van dit plan. Maar het plan zou wel moeten aangeven waar we in 2027 moeten staan op weg naar dat einddoel. Misschien is het ook nuttig intermediaire doelen stellen, zoals in 2025. We willen dus graag dat het Gewest tussentijdse resultaten op het gebied van emissies en vervuiling koppelt aan het (vrij summiere) tijdschema (p.58).

Verder merken we dat dit schema nu al niet realistisch meer is. Zo staat er dat er 25 verkeersluwe wijken zullen zijn in 2025. Dat lijkt verre van haalbaar, temeer daar deze timing door Brussel Mobiliteit al is losgelaten. Wat is het effect daarvan?

Verstrengelde plannen

Dat brengt ons op het probleem van de verstrengeling van maatregelen uit diverse beleidsplannen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Heel veel van de voorgestelde maatregelen komen uit andere plannen. Daardoor is het niet altijd duidelijk welke zaken nu nieuw zijn en welke al door die andere plannen worden ingevuld. Ook in het milieueffectenrapport wordt dit aangehaald.

Bovendien is het niet altijd duidelijk op welke manier de voor het LKE-plan bevoegde overheden (in casu Leefmilieu Brussel) mee aan de knoppen zitten bij deze maatregelen, welk deel van de uitvoering voor haar rekening komt, en hoe zij kunnen bijsturen in geval dat deze plannen niet of laattijdig worden uitgevoerd.

Iedereen mee

Voor BRAL moet er een duidelijk plan komen om te zorgen dat de transitie een sociale transitie is. De sociale kant van het verhaal is nog onvoldoende uitgewerkt. Nog te veel is het uitgangspunt dat sociale rechtvaardigheid te bereiken is door het meten van het effect van bepaalde maatregelen op de allerarmsten in de samenleving en hen dan steun te verlenen. In plaats daarvan moet er veel meer gezocht worden naar het uitdenken en in plaats stellen van inclusieve systemen die het recht op schone lucht, energie, comfortabel leven, wonen, mobiliteit, … garanderen voor iedereen binnen de limieten van de vooropgestelde emissie-doelstellingen.

Het is cruciaal dat het Gewest draagvlak creëert voor de maatregelen die in het plan staan. Zeker nu er veel van de maatregelen op de schouders van de burgers terecht zullen komen. Het is moeilijk in te beelden dat de vragenlijst die gekoppeld was aan het openbaar onderzoek en waarvan men verwachtte dat burgers deze invulden, zal bijdragen aan dit draagvlak. De manier waarop de burgers bevraagd werden - zoals polsen naar wat ze denken van het ambitieniveau van de maatregelen of de vier vooropgestelde principes, of ze het eens of oneens zijn met bepaalde stellingen, zal er niet voor zorgen dat het plan gedragen zal worden.

Lieselotte Gevens & Tim Cassiers

Op de valreep persten we nog een reactie uit onze vingers over onze publieke voortuin. Het Zaterdagplein was in openbaar onderzoek en dat konden we niet aan ons voorbij laten gaan. Met een snelle rondvraag per brief aan onze buren stelden we een reactie samen. Een stad maken is evenwichten zoeken, en dat is ook waar we toe oproepen in onze reactie.

In het kort:

  1.  Zowel BRAL als de buurtbewoners stellen zich vragen bij de prioriteit van dit project. Het lijkt ons dan ook een goed idee om samen aan tafel te zitten en te bekijken welke werven in het centrum de eerste aandacht verdienen zodat er doordachte keuzen voor de heraanleg worden gemaakt.
  2. We zoeken meer balans tussen de verschillende gebruikers van de ruimte, tussen fietsers en voetgangers, én tussen horceaklanten en gebruikers van de publieke ruimte.
  3. We vragen om de plannen te herzien om maximaal te ontharden en vergroenen.
  4. We vrezen dat de dolomiet niet voor iedereen even praktisch en toegankelijk is. We vragen daarom om alternatieven te bekijken, bijvoorbeeld plaveisel met open voegen (zie ook punt 3).

Je kan in bijlage het volledige bezwaarschrift lezen.

Lieselotte Gevens & Benjamin Delori

Zal het uitvoeren van de circulatieplannen er onvermijdelijk toe leiden dat verkopers klanten verliezen en zal het voor hun leveranciers onmogelijk worden om tot bij hen te geraken? Voor deze lezing gaan we dieper op deze vraag in.

Inschrijven kan via deze link

Mathieu Chassignet
Mathieu Chassignet is een ingenieur die gespecialiseerd is in vraagstukken rond de stad en duurzaam vervoer. Hij heeft voor verschillende overheidsinstanties gewerkt aan opkomende vormen van mobiliteit en belangrijke vervoerstrends.

Panel
Anton Van Assche (Unizo) et Fabrice Goffinet (hub.brussels) halen Chassignet’s conclusies naar de Brusselse context. 

Programma
19h00: Introductie door moderator
19h10: Presentatie door Mathieu Chassignet
19h40: Debat met 3 experts uit Brussel
20h15: Tijd voor interactie
20h45: Afronding door moderator
20h50: Einde en apéro

Sticky Issues Lectures
Het Andere Atelier organiseert drie nieuwe lezingen om het debat rond belangrijke stedelijke thema's te blijven aanzwengelen. In deze reeks nemen we de circulatieplannen voor autoluwe wijken onder de loep. Als deze moeten opleveren wat het Gewestelijke mobiliteitsplan Good Move belooft – veiligheid, ademruimte, rust – moeten ze tegelijk ambitieus en realistisch zijn. Andere steden zijn Brussel voorgegaan, zoals Gent en Leuven. Uit die ervaringen weten we dat zowel de besluitvorming als de uitvoering van zo’n plannen op veel weerstand stuiten. Die weerstand draait vaak rond een beperkt aantal gevoelige, steeds terugkerende thema’s, zogenaamde. “sticky issues”. Met de ‘Sticky Issues Lectures’ scheppen we klaarheid in deze vaak emotionele discussies door zakelijke feiten en academische inzichten te verzamelen. Door bevlogen en inspirerende sprekers uit te nodigen, brengen we ervaring en expertise aan de tafel. Om te vermijden dat het een louter theoretisch verhaal wordt, leggen we deze inzichten voor aan een panel van ervaringsdeskundigen uit Brusselse context. We sluiten af met een debat tussen plaatselijke stakeholders. Het Andere Atelier is een samenwerking tussen BRAL, Filter Café Filtré en Heroes for Zero.

Cette journée d'étude organisée par le laboratoire LoUIsE mettra en dialogue les projets de recherche Carbone et Super Terram avec des experts locaux et internationaux autour de la question du sol, du métabolisme et de la matière organique.

Programe de la journée d'étude :

09h45 - 17h00

09h45: Accueil

10h - 10h50 Présentation du projet Carbone

11h - 12h30 Sabine Barles: “Bouclage de flux à l’échelle locale/hyper-locale: condition d’un métabolisme circulaire et de la transition écologique des villes”

12h30 - 14h00 Lunch

14:00 - 14:20 Présentation du projet Super Terram

14h30 - 15h30 Yannick Poyat (ingénieur agro-pédologue, PLANISOL), “Le sol au service de la résilience territoriale” Patrick Henry (professeur d’urbanisme, ENSA Paris Belleville), “Des traces aux traces. Un urbanisme a même les sols” Francisco Davila (biologue, chercheur en agriculture urbaine, ULB) “Agroécologie à Bruxelles : une approche porteuse de solutions”

15h30 - 16h45 réactions de Sabine Barles suivie d’une table ronde, avec la participation de Sabine Barles, Yannick Poyat, Patrick Henry, Francisco Dávila et Said El Fadili (BE, Good Soils), animée par Simon de Muynck.

Binnenkort is het een jaar geleden sinds Super Terram* van start ging. In dit project stelden we als ambitie om onze huidige relaties tot de stedelijke bodem in vraag te stellen en te vernieuwen.

We vertrokken vanuit het idee dat het noodzakelijk is om stedelijke bodems niet langer uitsluitend als een inerte hulpbron te beschouwen, maar wel als een inventieve en levende omgeving waarvan we afhankelijk zijn. Vanuit die hypothese hebben we verschillende bodems in het noorden van Brussel met de spade verkend, geobserveerd en geanalyseerd. Tijdens deze acties hebben we de kans gehad om velen onder jullie, de Brusselse bodemactoren, en jullie stemmen en praktijken te leren kennen. Het was een traject vol ontdekking en verwondering, vol nieuwe vragen (wat maakt een goede bodem?), maar ook vol nieuwe bezorgdheden over de toekomst van onze bodems, omdat ze - zonder grote aandacht voor wat er in leeft - worden verplaatst, gebetonneerd, genegeerd, enz.

Om samen te leren uit deze ervaringen en reflecties en om de basis te leggen voor een betere benadering van de stedelijke bodems in Brussel, nodigen wij jullie graag uit voor onze ronde tafel over de Brusselse bodem op vrijdag 21 oktober!

Tijdens deze ronde tafel onderzoeken we potentiële bodemverbeteringen in groene ruimtes, de betrokkenheid van de burger bij het bodembeheer…en nog veel meer!

Nieuwsgierig naar meer? Wilt u deelnemen aan deze vergadering?

Doe mee op vrijdag 21 oktober !

12:00 Lunch
13:30 tot 17:30 Ronde tafel 
17:30-18:00 Aperitief

Het evenement is gratis, gelieve u in te schrijven via dit formulier vóór 20 oktober.

Het programma van de dag krijg je binnenkort.

We kijken uit naar uw komst, 

Het Super Terram team.

Wil je meedenken over de nieuwe Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening, ‘Good Living’ gedoopt?

Als stadsplanning nog steeds een van de kernthema’s is van BRAL, dan is het tijd om in actie te schieten. Dit jaar nog komt er een nieuwe gewestelijke stedenbouwkundige verordening (GSV) genaamd"Good Living".

BRAL nodigt je uit om Good Living grondig uitpluizen à la BRAL op maandag 28 november vanaf 18u30 op het kantoor van BRAL (Zaterdagplein 13, 1000 Brussel). Breng je vergrootglas mee voor de kleine lettertjes! Eten en drank voorzien wij, breng jij je knap stel hersens mee?

NL als hoofdtaal, maar we vertalen uiteraard waar nodig!

Schrijf je in via deze link

Enkel voor de leden van BRAL. Wil je meedoen? Word dan lid op de avond zelf!
Meer info: www.bral.brussels/word-lid

We beginnen onze tocht in het midden van het Liedtsplein, het kloppende hart van de Brabantwijk maar ook een plek waar vele samenlevingsproblemen in Schaarbeek samenkomen. Momenteel zijn er grote werken aan de gang voor de metro, wat de verkeerssituatie nog chaotischer maakt dan anders. Via de Gallaitstraat vervolgen we onze weg naar de Rubens- en de Vondelstraat. In deze woonwijk ten westen van het gemeentehuis vinden we een aantal verkeersfilters die vijftien jaar geleden aangelegd werden, lang voor er van Good Move sprake was. We bekijken wat de logica was achter de toenmalige plannen en of ze er effectief in slagen sluipverkeer tegen te houden. In de Rubensstraat maken we kennis met het comité Rubens 2030, dat meer maatregelen wil om doorgaand verkeer te verminderen in de straat.

We wandelen door naar het Paviljoenplein, een plaats vol levendige winkels maar met een van de meest ondoorgrondelijke kruispunten van het gewest. Hier komt binnenkort een filter die de twee belangrijkste verkeersstromen gaat scheiden. We lopen de wijk in richting Stephensonplein, dat dankzij het nieuwe circulatieplan verkeersluw zal worden en een nieuw park krijgt. Dat wordt hoog tijd, want momenteel is het vanuit deze buurt meer dan een kwartier wandelen naar de dichtstbijzijnde groenruimte.

Van hieruit klimmen we naar boven richting Colignonplein. Schaarbekenaren zullen zich misschien nog herinneren dat het comité Imagine Colignon jarenlang ijverde voor een parkingvrij plein voor het gemeentehuis. In 2019 koos de gemeente voor een compromis waarbij een klein stuk autovrij werd gemaakt maar het grootste deel van de parking bleef bestaan. De Koninklijke Sint-Mariastraat, die van hieruit naar de Sint-Mariakerk loopt, is net heraangelegd. Ze is nu enkelrichting en aan weerszijden voorzien van fietspaden.

Nog iets hoger ligt de Haachtsesteenweg, waar in november 2017 Stephanie Verbraekel werd doodgereden. Dat vreselijke drama was het startschot voor de actiegroep 1030/0. We passeren langs het herdenkingsmonument dat op deze plek werd gecreëerd door designer Jean-François D’Or. Ook in deze straat werden recent grote aanpassingen gedaan.

Vandaaruit is het afdalen richting het befaamde Josaphatpark, waar op zonnige dagen half Schaarbeek bijeenkomt. We lopen door de Louis Bertrandlaan, een van de mooiste architecturale parels van Brussel met een ongelooflijke staalkaart aan fin de siècle-architectuur. De laan wordt binnenkort heraangelegd en dat lokt, zoals te verwachten, heel wat discussie uit.

Na een bezoekje aan de mast van Lalaing, een kunstwerk van wereldniveau dat enigszins verloren midden op een rond punt staat, komen we aan de Van Vollenhovenlaan. Die laan, die dwars door het park loopt, werd in 2020 definitief autovrij na een paar geslaagde acties van 1030/0. Met haar helling naar beneden en flauwe bocht is zij momenteel het favoriete fietsparcours van heel wat Schaarbeekse kinderen. We maken nog een korte wandeling langs de Azalealaan, vorig jaar heraangelegd in het kader van de eerste fase van Good Move en sluiten af met een drankje in La Laiterie, prachtig gelegen in het midden van het park!

10:00 Vertrekpunt: Liedtsplein

12:00 Aankomstpunt: Josaphatpark

Je kan je inschrijven via deze link.

 

 

Tijdens onze ‘Boots on the Ground’ wandelingen gaan we in een wijk kijken hoe het er op een doordeweekse dag aan toe gaat qua verkeersinfrastructuur, -handhaving, -veiligheid, etc. Dankzij de uitleg van onze lokale gids, die ons leidt langs verschillende gekende (knel)punten in de buurt, ervaren de deelnemers uit de eerste hand hoe het zit met de situatie daar en krijgen ze een beter inzicht hierdoor. Wat is prijzenswaardig, wat kan er beter en hoe kunnen we dit terugkoppelen naar het circulatieplan?